De Verenigde Staten hebben een bloederig weekend achter de rug. Het land kreeg te maken met maar liefst twee schietpartijen op twee dagen. En hoewel de motieven van de daders en de oorzaak nog onderzocht worden, wijst de president van de Verenigde Staten zelf, videogames met de vinger. De gameindustrie reageert verbolgen.

Zaterdagmorgen werd de VS opgeschrikt door een schietpartij in een Walmart in El Paso, Texas. Daarbij kwamen 20 mensen om het leven en raakten 26 anderen gewond. De dag erna nam een andere schutter de wapens op in Dayton, Ohio. Hij doodde 9 personen en verwondde 27 anderen.

Na het incident gaf President Trump meteen een persconferentie vanuit het Witte Huis, waarbij hij een veeg uit de pan gaf aan videogames:

“We moeten de verheerlijking van geweld in onze maatschappij een halt toeroepen. Daarbij moeten we ook nader toezien op gruwelijke en gewelddadige videogames, die gemakkelijk te verkrijgen zijn. Het is voor jongeren met angst en problemen te gemakkelijk om zich te verliezen in een cultuur die geweld viert.”

Trump haalde er daarna ook nog andere factoren bij, zoals sociale media, internet en racisme. De president zei daarvan dat ‘het internet een gevaarlijk platform is om mensen met mentale problemen verder te radicaliseren’. Om die reden vindt hij ook dat de VS ‘racisme, vooroordelen en het blanke superioriteitsgevoel moet veroordelen, omdat deze duistere ideologieën geen plaats hebben in het land’.

Over de losse wapenwet is Trump dan weer minder bezorgd. Zo concludeerde Trump dat ‘mentale gezondheid en haat de trekker overhalen. Dat doet een wapen zelf niet’.

Ook Kevin McCarthy, een republikein uit Californië, liet na de aanslagen vallen dat games een slechte invloed hebben. McCarthy maakte het statement in een journaal van Fox News:

“Het idee dat videogames mensen dehumaniseren om een spel te maken waarbij je andere moet neerschieten… Ik vind dat een gigantisch probleem voor toekomstige generaties…”

Het zijn uitspraken waar de Entertainment Software Association, de koepelorganisatie van de Amerikaanse gaming industrie of ESA, niet over te spreken is. De organisatie is het beu dat games alweer de zondebok zijn en loste haar eigen statement na de bloederige aanslagen, waarin ze weerwoord bood tegen de zowel Trump als verschillende analisten. Zo beweert de ESA dat games wereldwijd gespeeld worden, maar dat het niveau van geweld in de VS uniek is:

“Meer dan 165 miljoen Amerikanen spelen videogames. Wereldwijd spelen miljarden mensen videogames. Toch zien we in andere regio’s, waar games even fanatiek gespeeld worden als in de VS, bijlange niet het tragische niveau van geweld dat zich voordoet in dit land.”

Wereldwijd kwamen ook reacties op Twitter en andere sociale media, waarbij mensen zich vragen stellen bij het feit dat de gaming industrie weer als het zwarte schaap wordt aangewezen.

Nu goed, het zal allicht nog een tijdje blijven verdergaan. In ieder geval is het nog nooit bewezen dat videogames een directe oorzaak kunnen zijn van dergelijke incidenten.